De anonieme overheid

Wat wordt daarmee bedoeld?

Hoezo is anonimiteit een probleem?

Politici en ambtenaren zijn niet anoniem in dienst. Je kunt bij wijze van spreken de meeste mensen vinden op hun naam en functietitel op Linkedin.

Met de ‘anonieme overheid’ bedoelen we dat deze moeilijk bereikbaar is en geen gezicht meer heeft voor mensen. Denk bijvoorbeeld aan dat door de digitalisering (en bezuinigingen) gemeenten geen fysieke balie meer hebben waar je met je vragen terecht kunt. Of door de inzet van chatbots en online formulieren je geen ‘mens’ meer te spreken krijgt bij het beantwoorden van je vraag.

Dit maakt de overheid niet erg toegankelijk.

Verticale polarisatie

In ons onderzoek zien we dat ‘anonimiteit’ bijdraagt aan ‘verticale polarisatie’ 

Als de overheid niet in verbinding staat met de burgers en ontoegankelijke dienstverlening heeft, kunnen mensen het gevoel krijgen niet gezien, gehoord of geholpen te worden. Daardoor kan onvrede groeien over beleid, wetgeving en de overheid in haar geheel. 

“Verticale polarisatie” kun je uitleggen als: toenemende spanningen tussen overheid en burgers. Uit onvrede, gebrek aan draagvlak, of zich niet gezien en gehoord voelen. 

Dingen die invloed hebben op hoeveel vertrouwen iemand heeft in de overheid zijn bijvoorbeeld:

  1. de corona pandemie
  2. het vallen van het kabinet
  3. (slecht) voorbeeldgedrag van landelijke politici
  4. het wel/niet bereiken van beloofde doelen tijdens campagnes
  5. die hoe digitaal vaardig je bent (en je online je weg vindt op websites van de Rijksoverheid)
  6. of je positieve of negatieve ervaringen hebt met participatie-trajecten georganiseerd door de gemeente.

Wie is (of zijn) de overheid?

Hoezo is anonimiteit een probleem?

De overheid heeft 138.376 mensen in dienst. Die noemen we allemaal “ambtenaar” maar hun werk loopt flink uiteen.

Het verschilt wat iemands rol is als “ambtenaar”. Hoe publiek bekend iemand is, maar ook de mate waarin iemand op dagelijkse basis in contact staat met burgers, hangt af van de type ambtelijke organisatie waar hij/zij/hen in werkt.

Zo sta je als landelijke politicus meer in de publieke spotlight dan wanneer je bij een ministerie of bij een uitvoeringsorganisatie werkt. Werk je bij die laatste, dan sta je meer in contact met burgers dan als je bij een ministerie werkt en beleid en wetten schrijft. 

Ministeries en uitvoeringsorganisaties hebben als taak om een bepaald deel van de wetgeving en het beleid van de rijksoverheid voor te bereiden en uit te voeren. Ministeries zijn gevestigd in Den Haag. Uitvoeringsorganisaties zitten verspreid over het hele land. Er zijn er meer dan 200 en het gaat bijvoorbeeld om: de Belanstingdienst, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), de Nederlandse voedsel- en waren autoriteit, Dienst Uitvoering onderwijs (DUO) of de Nederlandse Politie.

Hoeveel vertrouwen is er in de politiek?

Hoezo spreken we over de ‘anonieme overheid’?

Het Centraal Bureau voor de Statistiek doet jaarlijks onderzoek naar het vertrouwen in de overheid en heeft in 2023 bevonden dat het vertrouwen in de politiek in 2023 lager is dan het in de afgelopen 10 jaar is geweest.

Tegen het eind van 2022 stond dit op 25% vertrouwen in de Tweede Kamer en 21,1% in Politici. Onder andere de corona pandemie is van invloed geweest op dit cijfer. Voor de coronapandemie, aan het begin van 2020, had een minderheid vertrouwen in politici (31 procent) en in de Tweede Kamer (44 procent).

Aan het begin van de pandemie, halverwege 2020, steeg dit naar 44 en 58 procent. Daarna nam het vertrouwen weer af, en bereikte aan het einde van 2022 het laagste niveau van de afgelopen tien jaar (Tweede Kamer), dan wel vijf jaar (politici) (Bron CBS).

Wie vertrouwen we nog wél?

Huh, is dat niet tegenstrijdig?

Het vertrouwen dat mensen hebben in andere mensen neemt toe! Van 58% in 2012, naar 66% in 2022. Dat is goed nieuws. Gezaghebbende instituties vertrouwen we ook meer (hoewel minder na de corona pandemie) 77% van de 15-plussers zegt vertrouwen in de politie en in rechters te hebben, en 64% in het leger. Het vertrouwen in deze instituties is de afgelopen tien jaar iets toegenomen.